Techno-optimisme: sociale waarden inbouwen in technologische vernieuwingen

Hieronder staat een verkorte versie van een interessant artikel uit het FD van 6 december 2018 geschreven door Ton Wilthagen is hoogleraar Arbeidsmarkt aan Tilburg University

Sommige studies voorspellen dat op termijn bijna de helft van de banen in Europa zal worden overgenomen door robots en kunstmatige intelligentie. Vooral arbeidskrachten met een lage of middelbare beroepsopleiding zouden hierdoor in de knel komen. Temeer omdat de lonen dalen op plekken waar de productiviteit omhoog gaat door automatisering. Dit kan leiden tot tweedeling in de samenleving. Gelukkig zijn andere studies genuanceerder. Zij wijzen er in de eerste plaats op dat mensen er goed in zijn zichzelf aan te passen wanneer de situatie daarom vraagt. Heel veel banen zullen op een andere manier worden ingevuld, maar niet verdwijnen.

Naar schatting levert elke nieuwe baan in de hightechsector ongeveer vijf banen in de lokale economie op. In de tweede plaats wordt dikwijls vergeten dat technologie niet alleen banen doet verdwijnen, maar ook nieuwe banen creëert. Naar schatting levert elke nieuwe baan in de hightechsector ongeveer vijf banen in de lokale economie op. Denk aan bijvoorbeeld aan advocaten, maar ook aan taxichauffeurs en obers.

Afname behoefte aan hoger opgeleiden

Nieuwe technologie in productiebedrijven kan ook de behoefte aan hoger opgeleide werknemers doen afnemen. In de metaalbewerking zijn bijvoorbeeld geen hbo’ers meer nodig om de apparatuur te bedienen en te onderhouden, maar volstaat het om mensen te hebben die de technologie inschakelen en in de gaten houden of deze goed werkt. Dat spaart loonkosten uit.

Sociale waarden: Kansen voor hen die moeilijk aan werk komen

Wie een totaalbeeld wil van hoe technologie de arbeidsmarkt gaat veranderen, moet niet alleen kijken naar de hoeveelheid banen die wel of niet verloren gaat. Technologie biedt immers ook enorme mogelijkheden voor groepen die moeilijk aan werk komen. Deze mogelijkheden worden besproken in het rapport Science, Technology and Innovation Outlook 2018 van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso), dat eind november uitkwam. Hieronder een korte bloemlezing. Technologie kan ook ouderen helpen om langer aan het werk te blijven. Dat is cruciaal in tijden van vergrijzing.

Innovatie creëert ook producten die specifiek heel erg belangrijk zijn voor mensen uit de lage inkomensgroepen. Telefoons en computers worden steeds goedkoper, en bijvoorbeeld e-learning maakt het makkelijker en betaalbaar voor hen om zichzelf bij te scholen. Digitalisering maakt bovendien het contact met de overheid laagdrempeliger, en maakt werken op allerlei locaties mogelijk, ook vanuit huis.

Technologie stelt mensen met een beperking in staat te werken, inkomen te verdienen, mee te doen in de samenleving en zichzelf te ontplooien. Dat is winst voor bedrijven en instellingen die in de huidige krappe arbeidsmarkt op zoek zijn naar werknemers. Het is ook winst voor de sociale zekerheid, de zorg en de zorgverzekeraars, omdat daar veel minder beroep op zal worden gedaan.

Ontwikkelaars richten zich in de praktijk op die toepassingen waarvoor investeerders, budgetten en markten zijn te vinden. Met technologie kun je alle kanten uit, maar ontwikkelaars en producenten richten zich in de praktijk op die toepassingen waarvoor investeerders, budgetten en markten zijn te vinden. Bijvoorbeeld de ziekenhuiszorg en de sport. Mensen met een arbeidsbeperking zijn voor hen niet vanzelfsprekend een doelgroep. Daarom is het belangrijk om techneuten samen te brengen met maatschappelijke organisaties zodat zij gezamenlijk proefprojecten kunnen opzetten waar alle partijen wat aan hebben.

In Nederland zijn er al twee organisaties actief op dit gebied: de Kennisalliantie Inclusie en Technologie en de Coalitie voor Technologie en Inclusie. Dit zijn samenwerkingsverbanden die werken aan de ontwikkeling en toepassing van technologie voor een inclusieve arbeidsmarkt.

Ook de Oeso ziet hier kansen. Door de digitalisering is het steeds makkelijker om verschillende belanghebbenden te betrekken bij de verschillende fases van het innovatieproces, stelt de organisatie in haar rapport.

Het zijn allemaal voorbeelden en ideeën van hoe we fundamentele sociale waarden kunnen inbouwen in technologische vernieuwingen. Daarmee bieden we een tegenwicht aan robotangst en techno-pessimisme.

NIDAP analyseert arbeidsmarkten en de vraag vanuit het (regionale) werkveld naar werknemers. Wij kijken naar gevraagde skills en kennis bij bestaande maar ook nieuwe soorten beroepen en analyseren bij voorbeeld voor hogescholen voor welke beroepen en functies het bestaande opleidingscurriculum moet worden aangepast.

Vorige
Vorige

Beperk de vrije studiekeuze

Volgende
Volgende

Oeso: kwalificatiefunctie bekostigd hoger onderwijs onder druk